Het bedrag van de eindheffing doorlopend afwisselend gebruikte bestelauto van € 300 per jaar gaat per 1 januari 2025 omhoog naar € 438 per jaar en wordt per 1 januari 2026 jaarlijks geïndexeerd.
Als bestelauto’s doorlopend afwisselend worden gebruikt door twee of meer werknemers is lastig vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld. Voor deze bestelauto’s wordt het privévoordeel vastgesteld op een vast bedrag van € 300 per jaar dat door middel van een eindheffing door de werkgever wordt betaald. Deze eindheffing blijkt sinds 2006 niet te zijn geïndexeerd. Dit gebeurt alsnog. De eindheffing wordt daardoor in 2025 € 438 euro en deze wordt vervolgens vanaf 2026 jaarlijks geïndexeerd.
Bijtellingsregeling
Met ingang van 1 januari 2006 is de bijtellingsregeling voor een mede voor privédoeleinden aan
een werknemer ter beschikking gestelde auto in de Wet LB 1964 opgenomen. Op grond
van die regeling wordt het privévoordeel voor deze auto forfaitair belast met loonbelasting.
De bijtelling bedraagt in principe een percentage van de cataloguswaarde van de auto.
Bijtelling ook voor bestelauto
Het bijtellingspercentage is gebaseerd op een mix van verschillende benaderingswijzen van de
vaststelling van het privévoordeel. In de eerste plaats is gekeken naar de besparingswaarde en in
de tweede plaats is gekeken naar de kosten die feitelijk zijn gemaakt ter zake van de auto. De
bijtelling geldt ook voor een aan een werknemer ter beschikking gestelde bestelauto.
Uitzondering bij doorlopend afwisselend gebruik
Voor bestelauto’s zijn echter enkele wettelijke uitzonderingen van toepassing op de reguliere
bijtelling voor de ter beschikking gestelde bestelauto, omdat – onder meer door de eisen die worden
gesteld aan de inrichting van de bestelauto’s – privégebruik minder voor de hand ligt en in mindere
mate zal plaatsvinden.
Een van deze uitzonderingen is van toepassing als bestelauto’s in verband met de aard van het werk doorlopend afwisselend worden gebruikt door twee of meer werknemers en in verband daarmee lastig is vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld.
Vast bedrag d.m.v. eindheffing
Voor deze bestelauto’s wordt de voor het eventuele privévoordeel verschuldigde belasting vastgesteld op een vast bedrag van € 300 per jaar dat door middel van een eindheffing die de werkgever betaalt. Dit bedrag is sinds 2006 niet gewijzigd, terwijl het bedrag van € 300 is bedoeld als een benadering van de belasting die is verschuldigd over het privévoordeel van een bestelauto die in principe zakelijk wordt gebruikt, maar waarvan privégebruik niet helemaal is uit te sluiten vanwege het doorlopende afwisselende gebruik. Het ligt daarom voor de hand om het bedrag te indexeren.
Verhoging per 2025 en jaarlijkse indexatie
Met de maatregel in het Belastingplan 2025 wordt daaraan uitvoering gegeven door het bedrag van de eindheffing van € 300 per jaar met ingang van 1 januari 2025 te verhogen naar € 438 per jaar en laatstgenoemd bedrag met ingang van 1 januari 2026 jaarlijks te indexeren.
Bron: Belastingplan 2025 / Salaris Vanmorgen